Ze zijn twaalf en zitten op dezelfde school. Ze hebben nog nooit met elkaar over hun geslachtsdeel gepraat en ze kennen elkaar niet zo goed. maar toen ze elkaar voor dit interview ontmoetten, zaten ze al gauw te praten alsof ze al heel lang vriendinnen waren.
Over de naam…
Lisa: ‘Ik noem de mijne muisje. Dat doe ik als sinds ik klein was en ik vind het een goede naam. Ik zou nooit kut kunnen zeggen. Dat is een vies woord. Dat zeggen de jongens op school de hele tijd.’
Emma: ‘Wij zeiden thuis toen ik klein was altijd schoot, daarom vind ik dat een normaal woord, maar toen ik het vertelde, moesten mijn vriendinnen lachen. Ze zeiden dat het ouderwets klonk.’
Caro: ‘Ik zeg trutje. Dat is een schattig woordje. Soms denk ik wel eens dat ik iets stoerders zou willen zeggen, zoals kut of poesje. Want ik vind dat het geslachtsdeel van meisjes niet altijd maar schattig moet zijn; liever iets krachtigers en stoerders zoals bij jongens. Maar als ik probeer om dat te zeggen, klinkt het niet goed.’
Dan Höjer. Uit: Het vrolijke vulvaboekje. Illustraties Gunilla Kwarnström. Gottmer, 22023.
Heruitgave met nieuwe titel van de bestseller Het vrolijke vaginaboekje, en onontbeerlijk voor meiden van nu. Trouwens ook voor jongens van nu. Vrij en open praten over je geslachtsdeel en alles wat daarbij komt kijken is namelijk helaas niet voor iedereen normaal. Dit boekje helpt je daarbij op een ontspannen manier, met feiten, fabeltjes en informatie. Menstrueren, masturberen, de clitoris, hoe er in andere culturen en tijden over werd gepraat en natuurlijk hoe het fysiek precies in elkaar zit. En wat is eigenlijk een orgasme? En hoe zit het met genitale verminking?
Het enige dat ik in dit boekje mis is dat de vulva ook heel kwetsbaar kan zijn, voor misbruik en geweld. Dat je zelf de baas bent over dit lichaamsdeel, en niemand anders. Maar misschien wilde de auteur dat onderwerp nog even weghouden bij jonge meiden.
De grappige tekeningen vullen de tekst prima aan, je moet ervan houden maar zijn voor de doelgroep heel prima.
Leeftijd 9+.