Het stomme was dat hij niets zei,
stond midden op het pad, keek bangig naar mij.
Ik riep: ‘Dag meneertje, heb jij
je kleren daar achter de struiken wel opgevouwen?
Kijk maar uit, je wordt nog verkouwen.’
Hij stapte opzij, in de verte hoorde je banden
knerpen over de weg van de andere kant.
‘Ha,’ zei Daan, ‘witte billen hè, zag je
hem gaan? Als een scheet door de brandnetels met dat piepkleine
piemeltje onder zijn hand!’
Eva Gerlach. Uit: Hee meneer Eland. Tekeningen Charlotte Vonk. Querido, 1999.
Dit gedicht is geplaatst met toestemming vooraf van uitgeverij Querido.