Tag Archief van: klimaat

Aan de waterput
De zon schijnt, al maanden.
Tegenwoordig prijzen we de regen.
Tegenwoordig mogen we om de beurt
water gaan halen, we noemen het de waterput
net zoals ze vroeger deden.
Vroeger hadden we kranen waar goud uit kwam als je ze opendraaide.
Dat wisten we toen niet maar nu wel.

We praten, aan de waterput.
Het is lang wachten dus ik maak vrienden.
Van een last een lust maken, daar word je vanzelf expert in.
De buurvrouw en ik bespreken hoe graag we zouden willen zwemmen.
Met wijde bewegingen, hoofd onder water,
waterijsjes druppelend van je kin.

Hoe gek het is dat ze het toen al wisten en wij het nu leven: tekort.
We lijken op vetplanten: met weinig tevreden.
We lijken op vetplanten: overlevers.
We tellen de dagen in regen,
we maken vrienden aan de waterput,
hopen op sneeuw.
Evangeline Agape. Uit: Het gras lacht groen. Klimaatgedichten & korte verhalen van meerdere auteurs waaronder Joke van Leeuwen, Pim Lammers, Erik van Os, Daniel Billiet ea.  Samenstelling Daniel Billiet. Illustraties Lucas Suykens. De Eenhoorn, 2024. 
Hoe knap dit gedicht, als je bedenkt dat de opdracht of vraag was om een klimaatgedicht te schrijven maar niet te alarmistisch, niet te onheilsspellend. Maar bewustwording vergrotend. Dat is gelukt met dit boek. De gedichten en verhalen zijn los van toon en brengen toch de boodschap luid en duidelijk over het voetlicht: er is geen tijd meer te verliezen, kom in actie! Dit boek is voor kinderen en volwassenen, we leven allemaal in een tijd “waarin we in toenemende mate te maken hebben met de ingrijpende gevolgen van klimaatverandering.”
Door de  strak gestileerde, stripachtige tekeningen van Suykens blijft de lezer wat op afstand, en wellicht is dat precies de bedoeling. Want het is goed als mensen zich bewust worden van wat er gaande is, maar we willen niet dat ze in paniek raken.
Leeftijd 8+

Troostwoord
Opa begint vaak over het klimaat.
Hij maakt zich, zegt hij, ‘echt bezorgd’.

IJsberen op zoek naar hun eerste lettergreep,
schouders steeds lager, stappen steeds trager.

Zeewater over duinen, dijken, als miljoenen moordsoldaten
over de kantelen van ons (dachten wij) onneembare kasteel.

Oranjerode baksteenharde akker, gebarsten, gescheurd, net
de landkaart van een werelddeel waar alleen de oudsten

weten hoe de regen klinkt. Miljoenen op weg van hun plek, hun
gisteren, ongebouwde huizen, het scheermes in hun maag

langs pels, vacht, huid over been en ogen die alleen
nog trage gedachten zien, naar god weet waar

het niet brandt, geen vogels boven polderpaden
drijven, oogstloof ’s zomers nog bloeit.

Opa maakt zich, zie ik, écht bezorgd, maar hij bouwde
hutten van sneeuw, leerde schaatsen op slootijs

dat ik nog nooit heb gezien, zag vlinders die niet meer
bestaan, brandde zijn kindervingers aan een kolenkachel

zocht kievitseieren in boerengras tot boven zijn blote
knieën, zwom met oma in de Middellandse Zee

zonder te hoeven denken wat ik denken moet.
Ik leg mijn hand op de twee ringen

rond één rimpelvinger. Zeg: ‘Wij nemen ’t nu over,
het komt goed.’
Kees Spiering. Uit: Nog lang geen later. Illustraties Jeska Verstegen. Luitingh-Sijthoff, 2023. 
Goeie genade, brengt Kees Spiering daar zomaar een lijvige dichtbundel met liefst 50 gedichten uit, vol prachtigste beelden en treffende observaties. Spiering excelleert in sprekende poëzie voor en over jongeren maar evengoed voor volwassenen, waarin verdriet, onmacht, vreugde en dagelijkse zorgen om een eerste liefde, pesten, opa’s en oma’s, stervende bomen en verdwenen huisdieren elkaar afwisselen.
Spiering, die voor zijn comeback-bundel Jij begint in 2019 een Vlag en Wimpel kreeg, schrijft gedichten die zich niet met die van andere dichters laten vergelijken; zijn heel eigen stem klinkt luidop in deze meeslepende bundel om te lezen en te herlezen, steeds opnieuw.
De dromerige, soms verontrustende beelden van Jeska Verstegen brengen de gedichten nog dichterbij en leggen de zorgen van Spierings personages nog onheilsspellender op je deurmat.
Leeftijd 13+