Vos had aardappelpuree gemaakt. Dat, bedacht hij, zou érg lekker zijn met gebakken vis! Vos smakte met zijn bek bij de gedachten.
Met zijn opblaasboot ging Vos naar zee.
En glimlachend roeide hij weg van het strand. Wat kon er misgaan? Niets! De zee was leeg. Op zee kon je niet verdwalen.
Na een stukje varen pakte Vos zijn hengel. Aan het haakje hing hij een goed boek.
Vissen, zo meende Vos, zouden daar vast op af komen. Want goede boeken zijn in zee maar weinig te krijgen.
[…]
Daan Remmerts de Vries. Uit: Vos en vis. Gottmer, 20222.
Vis leest het boek en Vos zwiept hem omhoog, hup in een van tevoren klaargezet emmertje water. Vos legt Vis uit dat wie slim is dieren vangt. Dieren die dommer zijn. Maar als ze verdwaald lijken te zijn en Vis aanbiedt om Vos de weg te wijzen, blijken slim en dom toch wat meer te behelzen dan dat.
Hilarisch prentenboek, waarin veel te lachen valt. Om de droogkomische teksten van Remmerts de Vries, de wending die het verhaal uiteraard neemt en de stripachtige tekeningen vol beteuterde gezichten van Vos en Vis. En ook om de heerlijk gewiekste manier waarop het eten van medeschepselen aan de kaak wordt gesteld. Deel drie in de prentenboekenserie over Vos.
Leeftijd 4+
Tag Archief van: grappig
Haar naam was tante Dominante
en ze was beslist de baas
van deze boterham met stroop
en deze boterham met kaas.
Ze woonde heel gezellig
in een slordig stukje stad.
Het heette daar De Stort,
een toplocatie voor een rat.
Tante had twee neefjes:
ene Knoop en ene Knaas.
Knoop was dol op stroop
en Knaas was knettergek op kaas.
[…]
Erik van Os & Elle van Lieshout. Uit: Twee schatjes van ratjes. Tekeningen van Thé Tjong-Khing. Gottmer, 2022.
Alweer een nieuw prentenboek op rijm van Erik van Os, dit keer samen met zijn vrouw Elle van Lieshout. Het regent dit jaar boeken van deze schrijver.
Het ritmisch rijmende avontuur over tante Dominante en haar twee neefjes, die tevergeefs hun úiterste best doen om bij tantes gevonden boterham met kaas en stroop te komen, brengt ongetwijfeld een brede lach op de gezichten van hun jonge lezers, vooral als de twee ratjes aan het eind gefrustreerd besluiten dat ze dan maar op de boterhammen gaan spugen en plassen.
Veelvuldig gelauwerd tekenaar Thé Tjong-Khing maakte er levendige en actuele tekeningen bij; op de vuilnishoop in kwestie liggen afgedankte mondkapjes en pannensponsjes voor het grijpen. Van de expressieve gezichtsuitdrukkingen van de ratjes kun je alleen maar grinnikend genieten.
Leeftijd 4+
Bal
Pluis zit in zijn hok.
Lekker in de zon. Met zijn ogen dicht.
Hij is een beetje aan het dromen.
Hee!
Opeens komt er een wolk voor de zon.
Pluis schrikt wakker.
In de lucht ziet hij een bal.
Een zwarte bal met heel veel haar.
En die haarbal
komt naar hem toe!
Help!
[…]
Nog een weg terug, denkt Pluis soezerig.
Het lijkt wel of er altijd ergens
niet alleen
een weg naar weg
maar ook
een weg
naar terug is.
Mathilde Stein. Uit: Pluis en Pluk. De weg naar terug. Yihaaaaaa Ninjavia! Lemniscaat, 2022
De schrijfster en tekenaar van prentenboeken als Bang Mannetje en De kindereter levert voor het eerst een leesboek af, voor eerste lezers, dat niet alleen lief en heel grappig, maar ook spannend, talig en gelaagd is. Stein slaagt er in korte, goedgeschreven zinnen in van twee cavia’s – zo’n beetje de sufste huisdieren die er bestaan – warmbloedige personages te maken, met wie je als lezer kunt en wilt meeleven en wiens avonturen je de bladzijden steeds sneller willen laten omslaan. Waarvan de een bovendien ook nog eens als een echte dappere krijger wordt afgeschilderd.
Pluis en Pluk weten kat Sis te verslaan, zelfstandig buitenshuis te komen, een dief te ontmaskeren en ook nog eens een gestolen ring bij prinses Miski terug te bezorgen, en daarna warempel ongeschonden in hun veilige, gezellig hok terug te keren. Heerlijk boek, lekker dik ook.
Leeftijd 6+
Handigheidje
Wat hier staat geschreven
is heel handig om te weten:
bananen zijn vooral bedoeld
om lekker op te eten.
Maar als je juffrouw iets vertelt
wat jij het liefst níet wil horen,
eet dan nooit bananen op
maar stop ze in je oren.
En is je juffrouw uitverteld
dan moet je niet vergeten:
bananen uit je oren,
schil eraf en smakelijk eten.
Lees dit versje hardop voor.
De klas wil het graag horen.
Maar stop – voordat je juf het hoort –
bananen in haar oren.
Erik van Os & Jan Jutte. Uit: Dat boek met die bananen. 21 kromme versjes. Gottmer, 2022.
Het gedicht hierboven laat prima zien wat voor soort teksten er in dit boekje staan: 21 supermelige, grappige, onzinnige versjes over bananen. Van bananen met een rits, bananen als onderzetter, bananenblues, bananen waarvan de batterij op is en zo verder. Erik van Os trekt heel zijn – grote – kunnen uit de kast voor dit vrolijke boekje met absurde bananengedichten waaraan kinderen veel plezier zullen beleven. En misschien hun ouders ook wel.
Jan Jutte, met wie van Os eerder fantastisch samenwerkte in de recent verschenen bundel Applaus voor mijn vinger, heeft van elke tekening een hilarisch kunstwerkje gemaakt, waarop elke banaan een eigen persoonlijkheid krijgt.
Leeftijd: 4+
Kijk, wie vliegt daar in een rondje?
Muggemietje zonder mondje.
Muggemietje heeft een rietje
en dat steekt ze, als ze dorst heeft,
in je arm of in je knietje,
omdat kleine Muggemietje
niet van kaas en niet van worst leeft,
maar van bloed via een wondje,
ook al vind je dat niet goed,
want ze zegt: ‘Wat moet dat moet.
Ik kan niet leven zonder bloed.
Heerlijk,’ zegt ze, ‘dank je wel
voor de druppels uit je vel.
Is er nog een kind dichtbij
dat geen prikje kreeg van mij?
O,’ zoemt ze, ‘wat is het fijn
om een blije mug te zijn.’
En zo vliegt ze verder rond,
op zoek naar kin of kuit of kont.
Misschien komt ze op bladzij negen
wel iets overheerlijks tegen.
BAM!
[…]
Ted van Lieshout. Uit: De gemene moord op Muggemietje. Leopold, 2020.
Wie na dit citaat denkt te weten wat dit voor boek is, wordt verrast tijdens het verder lezen, hoewel lezers van Ted van Lieshout altijd enigszins verdacht zijn op onverwachte wendingen. De vraag blijft: is dit een (soort) prentenboek, poëzie, een whodunnit, een rechttoe rechtaan verhaal?
Op de pagina na bovenstaand citaat staan de letters Muggemietje, rondgestrooid naast, onder en in een enorme bloedvlek. De kinderen in de klas geven het boek de schuld van de moord op Muggemietje en verbannen het naar de kast. Maar dan klagen de letters van het boek het boek zelf aan:
‘O, hadden wij maar in een ander boek gestaan! Duizenden boeken op de wereld, en waar staan wij in? Juist, in een boek dat een moordenaar is! En het ergste is: wíj zijn onschuldig. Wij hebben niks gedaan. Maar omdat wij in Boek staan, hebben wij óók straf!’
Lijkt dit op van Lieshouts vorige boek ‘Ze gaan er met je neus vandoor’, hier gaat van Lieshout een stap verder. Niet de letters zijn schuldig, maar het boek zelf. Dat levert merkwaardige en grappige situaties op.
Er valt sowieso bovengemiddeld veel te genieten. Allereerst van de heerlijke vormgeving, de contrasterende kleuren, gulle letters en typografie, de ingenieuze, gekke plot- en verhaalwendingen. Maar lezers van dit boek zullen zich toch vooral laven aan de taal, die royaal en aanschouwelijk is, onverbloemd, grappig en smeuiig. Er staat geen woord, of letter, te weinig of te veel in het boek (hoewel op pagina 65 onbedoeld een letter r mist).
Ritme en rijm zijn vernuftig en vlekkeloos, de alfabetisch allitererende scheldkannonades hilarisch, de onderliggende woordgrapjes wrang (Muggemietje, in de kast, uit de kast), de ondertoon schurend.
Fijn boek voor fijnproevers.
Leeftijd 9+.
Ik ben een onberispelijk kind van onbesproken gedrag.
Ik vind dat niet bijzonder want ik ben het elke dag.
Ik ben het als ik kleur met rood en als ik kleur met groen
en komt de koningin eraan dan geef ik haar een zoen.
Dan geef ik een bos bloemen en dan neemt ze gauw het woord …
‘Jij bent een heel bijzonder kind,
misschien ben jij een wonderkind…’
[…]
Ted van Lieshout. Uit: Wij zijn bijzonder. Misschien zijn wij een wonder. Leopold, 2012.
Ted van Lieshout flikt het weer, een geslaagde bundel afleveren. Compleet verschillend van zijn vorige, Driedelig Paard” (klik hier voor de recensie), want de gedichten in “Wij zijn bijzonder. Misschien zijn wij een wonder” ogen zoals gedichten doorgaans ogen, met kleurige, grafisch aandoende, illustraties en een paar foto’s.
Rode draad is uiteraard anders durven zijn dan anderen, een thema waar van Lieshout telkens opnieuw op uitkomt. Het levert sterke, grappige, soms jolige gedichten op, in een expres ouderwetsige versjesschrijftrant, waar bijna ongemerkt Annie M.G.Schmidt-verwijzingsgrapjes doorheen gevlochten zijn, uitgevoerd in de unieke Ted van Lieshoutstijl.
Mocht anders durven zijn voor sommige kinderen nog een probleem opleveren, Ted van Lieshout leert het ze wel.
Leeftijd 6+