Driedelig paard

Zal er ooit iemand zijn die voor het
raam zit en naar buiten kijkt en dan
gelukkig is omdat ik buiten aan het
…………………………………………..
…………………………………………..
…………………………………………..
alles is kalm, behalve de wind die
ruist door de boom en de blaad-
jes die rusteloos ritselen en dat ik
………………………………………….
………………………………………….
………………………………………….
mooi. Zal er ooit zo iemand ko-
men? Het hoeft niet op een zo-
merdag. Het mag ook in de winter.
Bovenstaande is een stukje uit een blokgedicht. Op de puntjepuntjepuntjes staan in het echt regels tekst. Blokgedichten zijn bedacht door multikunstenaar Ted van Lieshout en staan in zijn nieuwste bundel ‘Driedelig paard’, prachtig vormgegeven door hemzelf. De tekst hierboven lijkt nog een beetje op wat de meesten van ons kennen als een gedicht maar de meeste van de 43 blokgedichten in de bundel lijken op stukken proza. Lange zinnen lopen achter elkaar door en vulwoorden als ‘want’, ‘omdat’ en ‘toen’ komen regelmatig voor. De blokgedichten zijn mengvormen van verschillende soorten teksten: brieven (zoals tussen een oma en haar kleinkind), reclame, stukjes dagboek, verhalen (over een paard als verjaardagscadeau, een elfje (knipoog naar de versvorm elfje?), een kabouter), nieuwsberichten, advertenties.
Zijn het gedichten? Geen idee. Doet het ertoe? Lees ze jezelf of iemand anders maar eens hardop voor. Gedichten herken je aan hun vorm en ritme, metrum, de compacte taal, de strofenbouw, eventueel rijm. Zo leren we dat aan elkaar. Misschien moeten we dat bijstellen. Snap je het abstracte werk van Mondriaan als je zijn vroegste schilderijen niet kent? Begrijp je de blokgedichten van Ted van Lieshout als je zijn vroegere gedichten nooit hebt gelezen? Ted zelf vindt het poëzie: “Bij poëzie gaat het veel meer om beleving van de taal zelf; je leeft niet mee met het verhaal, maar met de taal” schrijft hij op zijn weblog. De blokgedichten in de bundel gaan over ouder worden, familierelaties, doodgaan, verlies. Over liefde. Ze spelen met sprookjes en fabels en moderne taal, ze reageren op maatschappelijke misstanden en knipogen naar Van Lieshouts vroegere werk. Ze zijn mooi, grappig, raar. Wrang en licht. En dan heb ik het nog niet gehad over de zestien beeldsonnetten in het boek. Beeldsonnetten zijn gedichten zonder woorden. Coupletten van 2x 4 en 2x 3 regels gefotografeerde radijsjes.
Champignons, wereldbollen. Veelkleurige parasolletjes. Ook bedacht door Van Lieshout, die sonnetten en blokgedichten ook op elkaar laat reageren.
In taal, beeld en vorm is deze bundel grensverleggend, verrassend en heel erg mooi. In ‘Driedelig paard’ komt alles wat Ted van Lieshout tot nu toe heeft gemaakt op een oeroorspronkelijke, spannende manier bij elkaar.
Ted van Lieshout. Driedelig paard. Leopold, 2011. Weblog Ted van Lieshout

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *