Als uit het zuiden weer de vogels komen
die luid fluiten naar de bomen
‘Opstaan! Opstaan! ’t Is al laat!’
gaan hun knoppen
loom als ochtendogen open
en rekt hun verfrommeld blad
zich langzaam uit:
het einde van de winterslaap.
Linda Vogelesang. Uit: Dichter nr. 23 de lucht is van de vogels. Plint, 2022.
Als ik geen woorden heb
Omdat het nog altijd te groot te veel
Te verschrikkelijk dichtbij en
Nooit te lang geleden
Als het gonzen in mijn hoofd niet stopt
Van stemmen die van anderen spreken
Wil ik alleen maar zacht en diep
Aan iemand die ik terug wil denken
Iemand ver verloren vinden
Steeds stiller weer herdenken
Als ik geen woorden heb.
Kate Schlingemann. Uit: Dichter twee minuten, nr. 27, gedichten voor kinderen van 6-106. Illustraties Tom Heerschop. Plint.
Boer Boris, Boer Boris, wat is er aan de hand?
Je ligt in bed! Sta op! Het graan verpietert op het land!
Boer Boris zegt: ‘Ik heb verdriet.
Ik heb geschoffeld en gewied.
Ik goot met water en gaf mest.
Ik deed ontzettend goed mijn best.
Maar de biet
groeit niet.
De peen, de peultjes, en de prei
die staan er mooi en stralend bij.
Maar de biet
groeit niet.
[…]
Berend doet verbandjes
om de steeltjes van de plantjes.
Zusje Sam zingt liedjes
voor de arme, zieke bietjes.
De kippen lopen rond
en stoppen wormpjes in de grond.
[…]
Ted van Lieshout & Philip Hopman. Uit: Boer Boris en de bietjes. Gottmer, 2023.
Een land waar iedereen vredig met elkaar omgaat: wat lijkt dat ver weg. En wat fijn zijn de boeken van Boer Boris dan toch. Deel 17 is weer smullen voor de liefhebbers en natuurlijk komt het helemaal goed met de bietjes en eet iedereen tot slot bietenburgers. Heel vernuftig hoe van Lieshout en Hopman hedendaagse thema’s als minder vlees eten in hun boek verwerken zonder het woord groente of vlees zelfs maar te noemen.
Leeftijd 3+
De natuur in Nederland maakt het ons niet altijd makkelijk. We leven in een koel, nat land met veel water. Kijk maar eens op een kaart van Nederland: er stromen allemaal grote rivieren door ons land, die uitmonden in de zee. Die grote rivieren kunnen overstromen. Aan de kust slaan hoge golven tegen de duinen, vooral als het heel hard waait. En dan regent het ook nog vaak.
Maar datzelfde rivierwater en regenwater zorgen ook voor voldoende eten en drinken. En we zijn goed bereikbaar, omdat we aan de kust liggen en geen hoge bergen hebben. We wonen en werken hier dan ook graag, al moeten we wel creatieve en slimme oplossingen bedenken om onze huizen droog te houden en genoeg schoon drinkwater te hebben voor iedereen. Dat nadenken over oplossingen begon al honderden jaren geleden, en dat doen we nog steeds. Zo zijn wij eigenlijk experts geworden in leven, bouwen en werken in en met water.
Sommige van die oplossingen kun je buiten zien. Bijvoorbeeld een dijk, of een brug. Maar vaak ga je iets pas zien als je beter kijkt. Dan zie je dingen die verstopt zitten in andere dingen. Waar komt je schone water vandaan en waar gaat het vieze naar toe? Waarom blijft een gebouw keurig rechtop staan? Hoe wordt een tunnel gemaakt? Dat en nog veel meer ontdek je in dit boek. Zo krijg je een inkijkje in het binnenste van wat je buiten ziet, in de binnenkant van buiten.
[…]
Tanja de Boer. Uit: De binnenkant van buiten. Technische hoogstandjes in een laag land. Illustraties Janneke Kornet. Uitgeverij Nieuwezijds, 2022. Hoe zit het met zoet en zout water in ons land en wat heeft de Afsluitdijk daar mee te maken? Waarom is ons drinkwater soms heel lekker en soms niet? Waarom zak je eigenlijk niet door een weg heen?
Dit boek geeft in simpele, heldere taal antwoord op een heleboel praktische vragen over de inrichting van Nederland. Wie wil weten hoe ons land in elkaar is gestoken door ingenieurs en andere slimmeriken, lees dit boek.
Leeftijd 9+
In Keverburg gonsde het van de insecten.
Ze hadden het druk. Heel erg druk.
Want de jaarlijkse kookwedstrijd voor zespotigen kwam er weer aan.
De vlinders hadden al honderddertien keer op rij gewonnen.
Hun nectargerechten waren onverslaanbaar.
De bijen werden eeuwig tweede.
En de wespen derde, ook al hadden zij hun gerechten altijd gestolen.
Toch deden alle insecten ieder jaar weer mee.
Niet om de eerste, tweede of derde plaats.
Maar om de vierde. Want de vierde plaats betekende winnen.
Vorig jaar won de gekamde kniptor met een moes van zoete boomwortel. Het jaar daarvoor werden de bladhaantjes vierde met limonadeschuim van stuifmeel.
Zo kwamen veel families weleens aan de beurt, maar één familie nooit.
Ze kwamen niet eens in de buurt van de toptien.
Zelfs niet in de buurt van de toptachtig.
Al meer dan honderd jaar eindigden de mestkevers onderaan, op plaats zeshonderdacht.
Want zoveel insectenfamilies telde Keverburg.
Daarom besloot de familie mestkever niet meer mee te doen.
[…]
Bibi Dumon Tak. Uit: Heel Keverburg kookt. Illustraties/knipkunst Geertje Aalders. Gottmer, 2023.
Laat het aan onze koningin van de dierennon-fictie over om een hilarisch, feitelijk en smakelijk verhaal over koken én poep te schrijven. Kinderen zullen gniffelen, grinniken en glunderen van plezier bij dit verhaal, waarin de mestkevers …. ( pas op, spoiler alert) tóch één keer de jaarlijkse kookwedstrijd winnen.
Hoe? Lees zelf maar. De adembenemende illustraties zijn allemaal, stuk voor stuk, geknipt, hoe fijn of klein ook, tot aan de fijnste bloemblaadjes toe.
Je leert trouwens en passent ook de namen van heeeel veel prachtige vlinders, kevers, lieveheerstbeestjes, vliegen en glimwormen: ze staan allemaal prachtig geknipt in het boek, met hun namen ernaast.
Leeftijd 4+
Vos had aardappelpuree gemaakt. Dat, bedacht hij, zou érg lekker zijn met gebakken vis! Vos smakte met zijn bek bij de gedachten.
Met zijn opblaasboot ging Vos naar zee.
En glimlachend roeide hij weg van het strand. Wat kon er misgaan? Niets! De zee was leeg. Op zee kon je niet verdwalen.
Na een stukje varen pakte Vos zijn hengel. Aan het haakje hing hij een goed boek.
Vissen, zo meende Vos, zouden daar vast op af komen. Want goede boeken zijn in zee maar weinig te krijgen.
[…]
Daan Remmerts de Vries. Uit: Vos en vis. Gottmer, 20222.
Vis leest het boek en Vos zwiept hem omhoog, hup in een van tevoren klaargezet emmertje water. Vos legt Vis uit dat wie slim is dieren vangt. Dieren die dommer zijn. Maar als ze verdwaald lijken te zijn en Vis aanbiedt om Vos de weg te wijzen, blijken slim en dom toch wat meer te behelzen dan dat.
Hilarisch prentenboek, waarin veel te lachen valt. Om de droogkomische teksten van Remmerts de Vries, de wending die het verhaal uiteraard neemt en de stripachtige tekeningen vol beteuterde gezichten van Vos en Vis. En ook om de heerlijk gewiekste manier waarop het eten van medeschepselen aan de kaak wordt gesteld. Deel drie in de prentenboekenserie over Vos.
Leeftijd 4+
Haar naam was tante Dominante
en ze was beslist de baas
van deze boterham met stroop
en deze boterham met kaas.
Ze woonde heel gezellig
in een slordig stukje stad.
Het heette daar De Stort,
een toplocatie voor een rat.
Tante had twee neefjes:
ene Knoop en ene Knaas.
Knoop was dol op stroop
en Knaas was knettergek op kaas.
[…]
Erik van Os & Elle van Lieshout. Uit: Twee schatjes van ratjes. Tekeningen van Thé Tjong-Khing. Gottmer, 2022.
Alweer een nieuw prentenboek op rijm van Erik van Os, dit keer samen met zijn vrouw Elle van Lieshout. Het regent dit jaar boeken van deze schrijver.
Het ritmisch rijmende avontuur over tante Dominante en haar twee neefjes, die tevergeefs hun úiterste best doen om bij tantes gevonden boterham met kaas en stroop te komen, brengt ongetwijfeld een brede lach op de gezichten van hun jonge lezers, vooral als de twee ratjes aan het eind gefrustreerd besluiten dat ze dan maar op de boterhammen gaan spugen en plassen.
Veelvuldig gelauwerd tekenaar Thé Tjong-Khing maakte er levendige en actuele tekeningen bij; op de vuilnishoop in kwestie liggen afgedankte mondkapjes en pannensponsjes voor het grijpen. Van de expressieve gezichtsuitdrukkingen van de ratjes kun je alleen maar grinnikend genieten.
Leeftijd 4+
Bal
Pluis zit in zijn hok.
Lekker in de zon. Met zijn ogen dicht.
Hij is een beetje aan het dromen.
Hee!
Opeens komt er een wolk voor de zon.
Pluis schrikt wakker.
In de lucht ziet hij een bal.
Een zwarte bal met heel veel haar.
En die haarbal
komt naar hem toe!
Help!
[…]
Nog een weg terug, denkt Pluis soezerig.
Het lijkt wel of er altijd ergens
niet alleen
een weg naar weg
maar ook
een weg
naar terug is.
Mathilde Stein. Uit: Pluis en Pluk. De weg naar terug. Yihaaaaaa Ninjavia! Lemniscaat, 2022
De schrijfster en tekenaar van prentenboeken als Bang Mannetje en De kindereter levert voor het eerst een leesboek af, voor eerste lezers, dat niet alleen lief en heel grappig, maar ook spannend, talig en gelaagd is. Stein slaagt er in korte, goedgeschreven zinnen in van twee cavia’s – zo’n beetje de sufste huisdieren die er bestaan – warmbloedige personages te maken, met wie je als lezer kunt en wilt meeleven en wiens avonturen je de bladzijden steeds sneller willen laten omslaan. Waarvan de een bovendien ook nog eens als een echte dappere krijger wordt afgeschilderd.
Pluis en Pluk weten kat Sis te verslaan, zelfstandig buitenshuis te komen, een dief te ontmaskeren en ook nog eens een gestolen ring bij prinses Miski terug te bezorgen, en daarna warempel ongeschonden in hun veilige, gezellig hok terug te keren. Heerlijk boek, lekker dik ook.
Leeftijd 6+
Jongens
Jongens zijn het.
Geen aardige jongens.
Ze bijten.
Spugen, schoppen, slaan,
snijden, knijpen, hakken
branden, gooien, meppen
alle kikkers die ze zien. Alle
padden, slakken, egels,
torren, motten, katten, kevers,
muizen, vissen, hagedissen.
Zijn ze gek? Of denken
ze niet na? Weten
ze dan niet zoiets pijn doet?
Gruwelijk afschuwelijk
verschrikkelijk veel pijn?
Ik wil ze
bijten.
Spugen, schoppen, slaan,
snijden, knijpen, hakken,
branden, gooien, meppen.
Zonder uitleg. Zal ze leren.
Pech. Dat mag niet, ze
timmeren op hun vervelend smoel.
Zelf weten ze het niet, maar jongens hebben ook gevoel.
Diet Groothuis. Uit: Waar ik ben. Illustraties Merel Eyckerman. De Eenhoorn, 2012.
Vandaag is het Gedichtendag en begint ook de Poëzieweek. Het thema is dit jaar Vriendschap. Dat kan op veel manieren, in dit gedicht eerder tussen dieren en het ik-personage dan tussen mensen.
Boom
Een ruwe bast, mijn boom.
Hij houdt me vast
met al zijn armen.
Ik mag me aan hem warmen.
Mijn wang, zijn schors, mijn hand.
Wie heeft hem ooit geplant?
Een jongetje dat schaduw zocht,
een man werd van het wachten.
Zo waaien de gedachten
tot boven in mijn kruin.
Koelte in mijn tuin.
Andre Sollie. Uit: Heel de wereld wordt wakker. Het beste van de moderne kinderpoëzie in 333 gedichten. Samenstelling Jaap Robben. Tekeningen Sebastiaan Van Doninck. Gottmer, 2022.
Gedichten die voelen als de kracht van een toverspreuk, schrijft Jaap Robben in zijn ‘Welkom lieve lezer’ dat aan de gedichten in deze kloeke verzamelbundel vooraf gaat. Hij legt uit dat de beste gedichten verschillende dingen met je kunnen doen: je iets groots laten voelen dat niemand aan de buitenkant aan je kan zien. Of je helpen herinneren aan wat je was vergeten. Je troosten, ergeren, laten lachen, op een nieuwe manier naar buiten laten kijken of je bijna onzichtbaar laten knikken. Deze bundel, schrijft hij, is bedoeld als gebruiksaanwijzing bij jezelf, als encyclopedie van gevoelens en atlas voor je fantasie en dromen. En als landkaart om iemand anders beter te laten begrijpen.
Dat is een heleboel. Maar dit boek maakt het allemaal waar. Wat een geweldige verzameling mooie gedichten heeft Robben hier bij elkaar verzameld. Hij heeft ze ook nog eens zo geordend dat de lezer – een kind – er in mee kan groeien, als op een olifantenpaadje noemt Robben het: beginnen met begrijpelijke, korte gedichten en zo een leeservaring opbouwen waarmee het verder kan naar iets ingewikkelder of gelaagdere poëzie. En zo verder. De vier delen lopen dus in moeilijkheidsgraad op en de gedichten zelf reageren op een slimme manier op elkaar. Van Donincks fijnzinnige tekeningen bewegen daarin mee en verbinden soms gedichten op een spannende manier aan elkaar. Jaap Robben attendeert ons lezers er aan het eind van de bundel nog even fijntjes op dat een mens goede jeugdpoëzie nooit ontgroeit. En zo is het.
Verrukkelijk, dit boek, de hele rest van je leven.
Leeftijd 6+