Pssst…ik ben nog niet geboren.
Ik draai en trappel in het rond.
Als je luistert, kun je me horen,
onrustig als een jonge hond.

Buiten hoor ik menenstemmen,
ver weg en dof of heel dichtbij.
Dan ben ik bijna niet te temmen:
laat me eruit, ik wil erbij!

Als ik eruit mag, zal ik er zijn;
het mooiste mensje van het land.
Niet te groot en niet te klein
en vanaf dag één briljant.

Ik betover iedereen,
met wat ik doe en zeg en vind.
Zoals ik is er maar één.
Misschien ben ik een SUPERKIND…

Want als ik 1 ben, kan ik lopen
[…]
Claudia Jong. Uit: Als ik er ben. Illustraties  Lies Schroeyen. De Eenhoorn, 2024.
Origineel concept, deze tekst vanuit een baby op komst, een ongedúrige baby op komst ook. De ‘ik’ in dit grote prentenboek kan niet wachten om aan haar of zijn bestaan op aarde te beginnen en dan ook meteen aan iedereen te laten zien wat ze allemaal in haar mars heeft. Zoals een ijsje kopen met 1 jaar en met 6 jaar met Russen en Chinezen praten en bij koningen op bezoek gaan. Tellend van 1 tot 9  schotelt de ‘ik’ ons alle wilde plannen voor, maar aarzelt dan en vraagt zich af  ‘Hoe zou het zijn daarbuiten? Is iedereen vrolijk en blij? Soms hoor ik vogeltjes fluiten! Ben jij er ook… WACHT JE OP MIJ?’
De laagdrempelige, vierregelige rijmpjes (met soms wat te voorspelbaar rijmdwang) maken dit prentenboek uitermate geschikt als voorleesboek voor peuters en kleuters en de ruim opgezette tekeningen in zachte tinten rozerood en oranje ademen precies de goeie sfeer, vrolijkheid en avontuur daarbij. Gelukkig wordt het nergens te zoet.
Leeftijd 4+

Dit diertje houdt van huppelen.
Ook zachtjes aaien vindt ze fijn.
Ze eet graag sla en worteltjes.
Het is een knuffelig…
[…]
Rian Visser. Uit: Dit dier hier. 30 raadrijmpjes. Illustraties Iris Deppe. Gotttmer, 2024. 
Om voor te lezen aan de allerkleinsten: raadrijmpjes over een haan, kat, giraf, chimpansee, spin, beer, hond en  zo meer, met het ontbrekende dier groot in kleur ernaast getekend voor wie het rijmpje niet meteen begrijpt. De versjes zijn simpel van toon, ritme en rijm, maar vergroten de woordenschat van de voorgelezene op een speelse manier.
Voor ouders is er de handreiking Hoe lees je voor?, waarin op rijm uiteen wordt gezet hoe dit boekje te gebruiken. Handig voor laaggeletterden en beginnende taalvaardigen.
Leeftijd 18 maanden

Wie liggen daar te slapen op hun bamboeblad-matrasjes?
De kleine pandaberen-zusjes Len en Jik.
Er hangt een kille nevel, maar ze dragen dikke jasjes,
en mama’s ronde pandastaart is heerlijk warm en dik.

De zon gaat langzaam onder en ze openen hun ogen.
Ze zien de sterren fonkelen. Wat gaan ze doen vannacht?
‘De wijde wereld in,’ zegt Len, ‘zou dat van mama mogen?’
‘Natuurlijk wel,’ roept Jik heldhaftig. Mama panda lacht.

Ze zegt: ‘Er mag een boel,
maar jullie moeten me beloven:
‘NIET voorbij die dennenboom,
NIET naar die bergen daar.
Weer thuis zijn VÓÓR het licht wordt,
én BLIJF ALTIJD BIJ ELKAAR!’

De panda’s knikken allebei
gehoorzaam met hun hoofd.
‘Geen bergen op, met licht weer thuis,
niet uit elkaar, BELOOFD!’
Rachel Bright. Uit: Beloofd is beloofd, kleine panda’s. Tekeningen Jim Field. Vertaling Bette Westera. Gottmer, 2024.
Alweer het zevende prentenboek van het succesvolle duo Bright & Field, en het is weer even grappig, feelgood en – voor kinderen  – spannend als de vorige zes. Want natuurlijk gaan Len en Jik toch voorbij die boom naar de bergen  en daar loert groot gevaar. De royale kleurplaten die  soms aan bekende schilderijen doen denken, tonen de wereld in al haar pracht en praal. De dieren zijn dit keer wat gestileerder getekend, met grote stripachtige ogen, wat iets gekunstelds heeft maar ook het grappige effect versterkt. De vertaling van Bette Westera is weer ijzersterk, zowel in rijm als ritme.
Leeftijd 3+

Niets is wat het lijkt en niets lijkt wat het is.
Wie mooi denkt te zijn heeft het jammerlijk mis.
Je denkt dat je weet wat je ziet als je kijkt,
maar niets lijkt wat het is en niets is wat het lijkt.
[…]
Ergens in het zuiden van Zweden woonden Arne en Janna, twee buurkinderen die even oud waren en al hun leven lang vrienden. In de lente bloeiden in de boomgaard achter Arnes boerderij de appelbomen, en in de zomer zagen de akkers rond de boerderij van Janna geel van het koolzaad. Dan waren de kinderen buiten tot het donker werd. Ze raapten bij Arne thuis eieren, hielpen bij Janna thuis met hooien en dan eens hier en dan eens daar molken ze de koeien.
[…]
Bette Westera. Uit: De sneeuwkoningin. Naar het sprookje van Hans Christiaan Andersen. Tekeningen Aida de Jong. Gottmer, 2024. 
Bette Westera is niet de eerste die zich waagt aan een hervertelling van Andersens magische sprookje De sneeuwkoningin. Maar ze doet het wel heel mooi en bondig en weet de essentie van de zeven verschillende verhalen te vangen, bovendien zonder de religieuze verwijzingen uit het oorspronkelijke, nogal langdradige verhaal. De raamvertelling over Janna en Arne roept een nostalgisch boerenland-Zweden op, dat doet denken aan sommige boeken van Astrid Lindgren. In de sprookjesachtige tekeningen van Aida de Jong mengen hedendaagse details (gympen!)  zich moeiteloos met oude Sami-motieven, een feëeriek kasteel en een idyllisch Scandinavisch rood boerenhuisje met rondscharrelende kippen. Verhaal en tekeningen samen vormen zo een fijn sprookje, ideaal om voor te lezen en te bekijken. Het enige merkwaardige is misschien dat het boerenjongetje uit het begin van de 19e eeuw van kleur blijkt te zijn, maar dit anachronisme maakt het boek wel meteen een stuk inclusiever.
Leeftijd 7+

Bezinning
Het voorjaar lonkt, dus neem een kloek besluit
en ruil uw buitenkant eens om voor binnen.
Wees stil, neem alle tijd om te bezinnen
en ruim uw binnenkamer grondig uit.

Gooi alles uit het raam, voor het te laat is.
Vrees niet, de vuilnisophaaldienst is gratis.
Rikkert Zuiderveld. Uit: Elke dag vers. 365 liedjes, gedichten en meer. Ark Media, 2023
In deze toegankelijke bundel staat voor elke dag van het jaar een voorleesvers, in de vorm van een sonnet, een cabaretlied,  plezierdicht of bijvoorbeeld kinderlied. Zanger en tekstschrijver Rikkert Zuiderveld vormde  lange tijd een duo met Elly maar inmiddels schrijft hij over veel meer onderwerpen dan alleen het geloof, al  schuwt hij het onderwerp evenmin. Zo staan er in deze bundel verzen over bijbelse figuren en vaderschap, de boom (van goed en kwaad) maar ook over koningschap, Woerden, voetbal en het land van de toekomstmuziek. Nooit oppervlakkig, zoals plezierdichten vaak plegen te zijn, maar altijd met een twist waar je even over kunt nadenken. De gedichten zijn heel geschikt om met kinderen en/of tieners te lezen, omdat ze zo direct, begrijpelijk en openhartig zijn. Er zit ook altijd iets van hoop of optimisme in de teksten. Deze bundel is een aanwinst voor iedereen die een laagdrempelige tekst zoekt die toch inhoud heeft.
Leeftijd 9+

Over jij
Ik denk aan jij,
aan jij bij mij
en jij weg van mij.

Ik weet dat ik van jij
niet veel weet maar dat ik lichter
ben als je bent bij mij.

Overal vreet de nacht zich in,
maar in onze eigen nacht,
daar besta jij.

Je bestaat voor mij.
Jij
bestaat voor mij.
Hans Andreus. Uit: Je bent zo mooi anders. Leopold, 2024. 
Uitgeverij Holland gaf deze bundel eerder uit, Leopold neemt nu de tweede druk voor zijn rekening. In de verantwoording lezen we dat de gedichten van Hans Andreus in deze bundel zijn gekozen met het thema ‘liefdevol’ als uitgangspunt:  niet alleen liefdesgedichten maar ook gedichten over een liefdevol afscheid of met liefdevolle observaties.
Voor wie het werk van Andreus niet of niet goed kent is dit boek een fijne kennismaking. Zijn meest bekende, iconische, liefdesgedichten staan erin, maar ook minder bekende gedichten komen voorbij, altijd hartstochtelijk, vol warme, soms wonderlijke beelden, waarin licht, dieren, liefde, vrouwen en aarde een hoofdrol spelen.
Leeftijd 14+

Adem
Mijn moeder gaf haar Wordfeud af.
Ze had nog even, maar het leven,
die glasgeblazen geest, mocht het alvast wel hebben.

Toen de nog maar half gelezen thriller, Johan Theorin.
Haar koken ook, haar lopen, ze leverde zichzelf
stilletjes en waardig in – daarna haar eten.

Wat ik al sinds ze stierf heb willen weten:
mam, wat vond je er nou van? Welk cijfer
zou je geven, mam, aan het bestaan? Aan het

er zijn geweest? Ik hoop zo dat voor het meeste
wat ze aan het einde heeft verteld hetzelfde geldt
als wat ze vroeger zei toen ze haar tweede zoon

weer eens wat somber aan de telefoon gehad had
na zijn emigreren. ‘Hij belt ons als hij ons mist.
Geluk hoef je niet steeds met woorden te bezweren.’

Dat wat waarneembaar breekbaar is, is niet per se
waarmee het is gevuld. Glas is een zucht die je pas ziet
omdat hij door een hitte werd omhuld. Mijn moeder

overhandigde tenslotte ook haar adem. Het was nacht.
Maar ’s ochtens lag ze in haar kussens als een meisje
dat een vijf verwachtte. Glimlachend. Want ja, een acht.
Edward van de Vendel. Uit: Kom nog even naar mij kijken straks. Poëziegeschenk 2024. Poëziecentrum.
Tien – breekbare – gedichten over het thema ’thuis’ schreef Edward van de Vendel voor de poëzieweek van 2024. Zintuiglijke gedichten die de lezer heel dicht op de huid komen, over angst en  missen, afscheid nemen, heimwee en nabijheid. Lieve gedichten, melancholische gedichten ook met spoortjes hoop en hier en daar een bomscherfje erin verstopt. Fijne bundel om vaak te herlezen en je gedachten even te laten opschudden.

Ze zijn twaalf en zitten op dezelfde school. Ze hebben nog nooit met elkaar over hun geslachtsdeel gepraat en ze kennen elkaar niet zo goed. maar toen ze elkaar voor dit interview ontmoetten, zaten ze al gauw te praten alsof ze al heel lang vriendinnen waren.

Over de naam…
Lisa: ‘Ik noem de mijne muisje. Dat doe ik als sinds ik klein was en ik vind het een goede naam. Ik zou nooit kut kunnen zeggen. Dat is een vies woord. Dat zeggen de jongens op school de hele tijd.’
Emma: ‘Wij zeiden thuis toen ik klein was altijd schoot, daarom vind ik dat een normaal woord, maar toen ik het vertelde, moesten mijn vriendinnen lachen. Ze zeiden dat het ouderwets klonk.’
Caro: ‘Ik zeg trutje. Dat is een schattig woordje. Soms denk ik wel eens dat ik iets stoerders zou willen zeggen, zoals kut of poesje. Want ik vind dat het geslachtsdeel van meisjes niet altijd maar schattig moet zijn; liever iets krachtigers en stoerders zoals bij jongens. Maar als ik probeer om dat te zeggen, klinkt het niet goed.’
Dan Höjer. Uit: Het vrolijke vulvaboekje. Illustraties Gunilla Kwarnström. Gottmer, 22023.
Heruitgave met nieuwe titel van de bestseller Het vrolijke vaginaboekje, en onontbeerlijk voor meiden van nu. Trouwens ook voor jongens van nu. Vrij en open praten over je geslachtsdeel en alles wat daarbij komt kijken is namelijk helaas niet voor iedereen normaal. Dit boekje helpt je daarbij op een ontspannen manier, met feiten, fabeltjes en informatie. Menstrueren, masturberen, de clitoris, hoe er in andere culturen en tijden over werd gepraat en natuurlijk hoe het fysiek precies in elkaar zit. En wat is eigenlijk een orgasme? En hoe zit het met genitale verminking?
Het enige dat ik in dit boekje mis is dat de vulva ook heel kwetsbaar kan zijn, voor misbruik en geweld. Dat je zelf de baas bent over dit lichaamsdeel, en niemand anders. Maar misschien wilde de auteur dat onderwerp nog even weghouden bij jonge meiden.
De grappige tekeningen vullen de tekst prima aan, je moet ervan houden maar zijn voor de doelgroep heel prima.
Leeftijd 9+.

Er bestaat een postbode die haar werk in stilte doet. Elke dag haalt ze de bus van ‘Postkantoor 00/00/00’ leeg. Er zitten brieven in van verliefden en partners, van moeders en vaders, van broers en zussen. Mensen die op verhaal willen komen, die zoeken naar een vorm voor hun verlies. Ze schrijven een boodschap naar een overleden geliefde, als een afscheid over de dood heen.

Elke briefschrijver ontvangt een interpretatie van de brief in een beeld. Enkel de postbode en een van de twaalf kunstenaars lezen de brief en koesteren de woorden….Het zijn allemaal zoektochten om troost te bieden in droeve dagen.
[…]
Ik zou je willen schrijven hoeveel sporen je achterlaat. Onuitwisbare tekens van leven die mij bij jou brengen, steeds opnieuw, maar die mij ook verwarren. Je bent me er eentje. Eentje die indruk nalaat. Soms, als ik heel verdrietig ben, vraag ik me wel eens af of het echt niet met wat minder kon. Minder liefde, minder samen, minder bewondering ook voor wie je bent. Geweest.
Daar ga ik weer: een spoor van leven, een spoor van hoop brengt ons weer bijeen. Laat me af en toe de weg verliezen. Vergeten.
Laat me jou ontrouw zijn.
Dirk Terryn.
Uit: Meer troost. Van Tine Marie  Van Damme. Postbode Postkantoor 00/00/00 . De Eenhoorn, 2023
Wat een – soms letterlijk – adembenemend fijn boek is dit. Kunstenaars verbeelden op een diep ontroerende manier verlies, gemis, dood, verlangen in kleurrijke, inventieve beelden, met hier en daar een tekst. Dit is een zacht boek, voor iedereen die weet heeft van verlies, voor iedereen die nood heeft aan wat troost in de donkerste dagen van een mensenleven.

Hoe doet hij het?
Hoe werkt dat?

Trekt hij zijn broekriem heel erg strak?

Of verkleint hij zichzelf tot hij niet veel groter is dan een muis?
[…]
Gaat hij met zijn hoofd eerst?

Of met zijn voeten?
[…]
Mac Barnett. Uit: Hoe komt de kerstman door de schoorsteen? Illustraties Jon Klassen. Gottmer, 2023. Vertaling Edward van de Vendel.
Dezelfde vraag die heel veel kinderen zich rond Sinterklaas stellen, stellen kinderen  zich blijkbaar in gezinnen waar een kerstman komt. Dit prentenboek speelt daar op een grappige manier mee in korte, droge en grappige teksten en warme, vrolijke prenten.
Leeftijd 3+