Die stond tussen gras
in de weide, die was
een frisse margriet,
maar bleef dat niet.
Ze kwam voor een raam
van een huiskamer staan.
Alleen, met een vaasje aan.
Han G. Hoekstra. Uit: Verzamelde gedichten. Querido, 1972.
Bovenstaand gedicht is gepubliceerd met toestemming vooraf van uitgeverij Querido

Als je nou eens niet kon sterven,

zou je dan op zwemles gaan?
Van de hoge duikplank duiken?
Zeilen zonder zwemvest aan?
Op de hoogste bergen klimmen?
Op de smalste richels staan?
Langs de diepste kloven lopen?
Was daar dan nog wel wat aan?
Als je nou eens niet kon sterven,
was vakantie dan nog fijn?
Zou je je nog steeds verheugen
op dat reisje met de trein?
Zou je van het strand genieten?
Van de zee, de zonneschijn?
Van de ijsjes, van de frieten?
Zou je dan gelukkig zijn?
Bette Westera. Uit: Doodgewoon. Illustraties Sylvia Weve. Gottmer, 2014.
Bette Westera wint met dit boek de Zilveren Griffel voor poëzie 2015.

Wat een vader doet
Moeders zijn goed in je hand vasthouden,
vaders in handen loslaten.

Vaders kijken zonen groot.
Vaders sturen kuilen op je af,
zagen zijwieltjes van je fiets.
Vaders kiezen hoge torens,
diepe beken
en takken die geniepig breken.

Maar
elke keer als jij verdwaalt,
elke keer dat je valt,
verdwaalt/valt een vader
tienduizend keer harder,
tot het overal in hem schroeit.

Totdat jij
groot,
groter,
allergrootst
voorgoed
boven zijn hoofd groeit.
Benny Lindelauf. Uit: Er zit een een feest in mij. Querido’s Poëziespektakel 5. Querido, 2012.
Dit gedicht is geplaatst met toestemming vooraf van uitgeverij Querido.

Harteloos hitwezen
Eén geslaagd singletje
Wout zag zichzelf al, be-
roemd, in een slee

Eindigde echter als
Olieverversende
Norse benzinesta
tionsemployé.
Drs. P. Uit: Versvormen. Leesbaar handboek. De Stiel, 2000.
Drs. P introduceerde de ‘ollekebolleke’ in het Nederlands en maakte het beroemd. Eergisteren overleed hij.
Een ollebolleke is een puntdicht van 2 x 4 regels.
Het metrum is de dactylus: drie lettergrepen, de eerste beklemtoond, de volgende 2 onbeklemtoond.
Regel 1 is een motto, uitroep of verzuchting.
Regel 2 geeft het onderwerp aan.
Regel 6 bestaat uit één woord met de hoofdklemtoon op de vierde lettergreep.
Regel 8 rijmt op regel 4.
Elke regel bestaat uit 2 dactyli, behalve regel 4 en 8, waar de laatste twee onbeklemtoonde lettergrepen wegvallen. De naam ‘ollekebolleke’ komt van het oude kinderversje:
Olleke bolleke
olleke bolleke
olleke bolleke
olleke bol.

Olleke bolleke
ollekebolleke
olleke bolleke
olleke bol.

 

 

 © Milja Praagman

Echt moeilijk is
achterstevoren een heuvel ophuppelen.

Vooruit naar beneden
gevaarlijk makkelijk, bijna over de kop.

Vooruit heuvel op
trekt zwaartekracht aan je benen.

Het allermoeilijkst is
omlaagachterstevorenhuppelend.
Diet Groothuis. Uit: Waar ik ben. Illustraties Merel Eyckerman. De Eenhoorn, 2012.