Toen oma eenmaal dood was,
mochten we eindelijk huilen.

Iedereen deed het,
niemand vond het gek.

Zelfs mijn vader,
zonder zakdoek,
jankte alles nat.

Toen ik dat zag
huilde ik nog harder,
het was zo zielig
om te zien:

zonder zakdoek
alles nat.
Tim Gladdines. Uit: Bovenwonder. Tekeningen Alice Jetten. DiVers, 2002.
Het is vanavond Halloween. De naam ´Halloween´ is
afgeleid van Hallow-e’en, oftewel All Hallows
Eve (Allerheiligenavond), en dus ook de avond vóór Allerheiligen op 1
november/Allerzielen op 2 november.
Op het eiland Groot-Brittannië werd Halloween vooral door de Kelten
gevierd. In de Keltische kalender begon het jaar op 1 november, dus 31
oktober was oudejaarsavond. De oogst was binnen, het zaaigoed voor het
volgend jaar lag klaar: tijd voor een vrije dag, het Keltische
Nieuwjaar of Samhain (uitspraak Saun, het Ierse woord voor de maand
november).
De Kelten geloofden dat op 31 oktober de geesten van alle
gestorvenen van het afgelopen jaar terug kwamen, om te proberen een levend
lichaam in bezit te nemen. Om de geesten af te weren droegen de mensen
maskers maar ze legden voor hun deuren ook voedsel voor ze
neer.  Toen de Romeinen Groot-Brittannië binnenvielen,
vermengden ze de Keltische tradities met die van henzelf, zoals de viering van
de oogst en het eren van de doden.

 

De mensen denken dat wij hier in de verte
een kudde schapen zijn – ze denken maar,

wij zijn niet eens wij, wij hebben geen woorden
voor onszelf, we leven nog in de tijd hiervoor,

toen de mens nog schaap was, nog alleen
gras sprak, lucht las, water schreef.
Rutger Kopland. Uit: Verzamelde gedichten.

De kreeft klopte op de deur van de muis.
‘Ja?’ zei de muis.
De kreeft stapte naar binnen. Hij had een koffer bij zich, die hij op tafel zette.
‘Ik ben de kreeft’ zei hij. ‘Wilt u wat boosheid?’
‘Boosheid?’ vroeg de muis, die de kreeft wel kende.
‘Ja,’ zei de kreeft korzelig. ‘Boosheid. U wilt toch wel eens boos zijn?’
‘Ja,’ zei de muis. ‘Maar als ik boos wil zijn, dan ben ik ook boos. Dat gaat vanzelf.
‘Maar wel altijd met de goede boosheid?’ vroeg de kreet terwijl hij de muis onderzoekend aankeek.
De muis aarzelde.
‘Nee,’ zei de kreeft. ‘Niet met de goede boosheid dus.’
Hij maakte de koffer open.
‘Ik zal u laten zien wat ik allemaal heb.’
Toon Tellegen. Uit: Is er dan niemand boos. Illustraties Marc Boutavant. Querido, 2014.
‘Is er ergens wel iets wat luistert?’ vraagt de klipdas zich af, die dag in dag uit woedend tegen de zon roept dat hij niet onder moet gaan. Het nijlpaard en de neushoorn gaan onder geen beding voor elkaar aan de kant als ze elkaar op een smal bospaadje tegenkomen. Ze eten samen gesuikerd gras en dansen om elkaar heen. Maar aan de kant gaan, nee.
In deze prachtige, nieuw uitgegeven Toon Tellegen (oorspronkelijke uitgave 2002 met tekeningen van Annemarie van Haeringen) zijn de dieren verontwaardigd, geïrriteerd, kwaad of woedend, verdrietig of in de war. Ze vertellen elkaar hoe je heel boos kunt worden of daar juist mee kunt ophouden.
Ze eten samen taart. Ze sturen briefjes aan de wind. Heerlijke typische Toon Tellegenverhalen. Je houdt er van of niet. De  paginagrote, retromoderne, weemoedig zachtaardige tekeningen van Fransman Marc Boutavan, kleurig en vol lieflijke details, kleuren de verhalen net even anders dan anders in.
Leeftijd: 5+.
De tekst hierboven is overgenomen met toestemming vooraf van uitgeverij Querido. 

Ik ben een hoed
en best heel knap.
ik ben van vilt.
mijn kleur is rood.

de mot
Ik vlieg door de nacht,
op zoek naar wat licht
van een vlam of een lamp.

ik land op een woord
dat hoort bij een zin.
KLAP! DICHT!
het boek pleegt een moord.

ik ben dood en plat.
kijk hoe mijn lijk daar ligt.
maar ik zorg wel
voor een vlek op het blad.
HA! HA! HA! HA! HA!
Riet Wille. Uit: Een kijkje in de kast. Tekeningen Richard Verschraagen. De Eenhoorn, 2014.
Leuk idee, een boek vol taalspelende (bijna helemaal) éénlettergrepige woorden over dingen in een kast, vogels in een boom, een nest in een heg, een mot in een boek, een geur met kleur, een kaars op een taart. Zo leren kinderen spellen, spelen en dansen met hun woorden. 
Opvallend afwisselende tekenstijl. Vormgeving, als altijd bij de Eenhoorn, sterk en simpel. 
Leeftijd: 3+

Visje, visje, in het water.
Visje, visje in de kom.
Visje, visje kan niet praten.
Visje, visje, draai maar om.

Er zaten zeven kikkertjes
al in een boerensloot.
De sloot was half bevroren,
de kikkertjes half dood.
Ze kwekten niet, ze kwaakten niet
van honger en verdriet.
Er zaten zeven kikkertjes
al in een boerensloot.
Alweer zo’n mooi boek van Mies van Hout, dit keer voor kleine lezers, zangers en kijkers. Twaalf bekende kinderliedjes ontroerend sterk verbeeld in krachtige, fantasierijke tekeningen in een groot kartonprentenboek met harde kaft en bijgeleverde cd. 
Mies van Hout. Uit: Poesje Mauw. Lemniscaat 2014.

Er voer een scheepje met een lichtmatroos aan boord
naar een mooi eiland waar hij nooit van had gehoord.
Hij ging aan land en zwierf door bossen zwart als git,
als een Anansi met vijf pootjes. En spierwit.

Hij kwam het bos uit en stond in de volle zon,
en zag twee meertjes waarin heel de hemel glom.
De wolken trokken er weerspiegeld in voorbij
– de mooiste meertjes van de wereld, volgens mij.

O, jij bent mijn eiland, mijn lief,
ik vaar naar je toe in een brief,
en mijn woorden zijn mijn handen,
ik streel je bergen en je stranden
ik vaar naar jou toe, duaki,
naar naar jou toe, duaki…
Ik vaar naar jou toe in een brief.
                                                                     Je trouwe Michiel.
8 juni 2013. Mijn vader zei dat ik er eigenlijk nog te klein voor was. Maar omdat hij ‘eigenlijk’ zei, wist ik dat er toch iets ging gebeuren.
Te klein voor wat? vroeg ik.
De duik.
Welke duik?
Dat ga je niet geloven, zei mijn vader.
Roly en Mila wonen op Curacao. Ze zijn op dezelfde dag geboren en zijn niet verliefd, echt niet, maar zouden het niet erg vinden om later met elkaar te trouwen. Maar op een dag verdwijnt Roly’s vader. Roly weet waar hij is, maar durft het niemand te vertellen. Als zijn moeder terug naar Nederland wil, moet hij wel.
‘De duik’ van Sjoerd Kuyper is een wonderlijk boek, een bijzondere mix van liefdesgeschiedenis, spannend verhaal en scifi maar bovenal een liefdesverklaring aan Curacao.
Er staan brieven en gedichten in, dagboekfragmenten, een opstel, chatberichten, een oude krant, een stripverhaal, filmfragmenten en aan het eind schrijft Sjoerd Kuyper zelfs zichzelf in het boek. Je moet je hoofd er goed bij houden en het verhaal leest wat rommelig maar Kuyper brengt alle fragmenten en stijlen uiteindelijk bij elkaar. Als je meer dan 50 boeken op je naam hebt, waarvan meerdere bekroond zijn, durf je veel. Vergeet ook niet de fantastische tekeningen in verschillende stijlen en met allerlei materialen. Tekenaar Sanne te Loo reisde er speciaal voor naar Curacao:Sanne te Loo 
Sjoerd Kuyper. Uit: De Duik. Illustraties Sanne te Loo. Lemniscaat, 2014.

Oli-tattoo heeft beton rondgereden.
Hij is leeg en gelukkig. Hij is grijs en tevreden.

Zoë Giraffe heeft aardappels gepoot.
Dat is aardig gelukt. Ze staat even voor rood.

Manenwolf Mats schuift zijn hoogwerker in.
De ramen gewassen, de klanten hun zin.

Dikdik (de dikdik) heeft het asfalt geplet.
Met zijn wals. Nogal logisch. Het was weer vetvet.
Edward van de Vendel. Uit: Feest voor de machines. Illustraties Liesbeth De Stercke. De Eenhoorn, 2014.
Kiepauto’s, bulldozers,  opleggers, trekkers en kranen en zelfs een maaiertje: in dit nieuwste boek van Edward van de Vendel komen ze allemaal voorbij, en blijken er stiekem een geheim leven op na te houden. Als iedereen naar bed is… maar wat ze dan doen moet je zelf maar lezen. 
Prentenboeken die tegelijkertijd stoer en grappig zijn, goed geschreven, spannend, onze verbeelding aan het werk zetten en leuk voor jongens én meisjes komen weinig voor. Dit is zo’n boek. De teksten zitten vol vrolijke taalgrappen, de tekeningen  van jong talent Liesbeth De Stercke zijn (inderdaad) sterk, hebben verrassende details en gaan deels hun eigen gang los van de tekst. Denk maar niet dat alleen mensen feest kunnen vieren. 
Leeftijd: 3+

Boer Boris! Boer Boris! O, word nou toch eens wakker.
Vanochtend vroeg gebeurde er een wonder op de akker.
‘En iedereen,’ roept zusje Sam, ‘die moet het komen horen:
er is toen niemand keek ineens een worteltje geboren.
Het is heel lief oranje en het is nog heel erg klein.
Wie van de grote wortels zou nou toch de mama zijn?
… We moeten voor het baby’tje een welkomstfeestje geven!’

Briljant begin van een nieuwe – de vierde alweer –  ‘Boer Boris’, die perfect past in de Kinderboekenweek die vandaag is begonnen met als thema ‘Feest’ omdat het de 60e keer is dat hij wordt gehouden.
12 dagen lang viert kinderboekenNederland feest met mooie boeken, voorleessessies, theatervoorstellingen en schrijfworkshops van al die schrijvers en illustratoren die het hele land door toeren. Harm de Jonge schreef het Kinderboekenweekgeschenk ‘Zestig spiegels’, Marit Törnqvist maakte het Prentenboek van de Kinderboekenweek Fabians Feest.

Maar Boer Boris…  wil helemaal geen feest. Niet voor een nieuw worteltje, niet voor een lammetje of voor vier kleine biggetjes en zelfs niet voor jarige neef Niels die zes is geworden. Maar dan komt de postbode langs met een pakje.
En daar wordt Boer Boris zo blij van dat hij alsnog voor de bijl gaat:
Blij is Berend, blij is Sam en blij zijn alle dieren.
Blij is ook neef Niels. Maar o, boer Boris nog het meest:
er is nog nooit zo’n goede reden
voor een feest geweest!
Ted van Lieshout. Uit: Boer Boris wil geen feest. Illustraties Philip Hopman. Gottmer, 2014.
Leeftijd: 3+