Diet Groothuis en uitgeverij De Eenhoorn nodigen u van harte uit op de boekvoorstelling van: 
Waar ik ben – gedichten voor kinderen en anderen


Op zaterdag 29 september stelt Diet Groothuis samen met Eva Gerlach en Koos Meinderts haar debuutbundel Waar ik ben voor aan pers en publiek. Wij nodigen u hierbij van harte uit op deze presentatie. Voor kinderen is er om 17.00u een workshop met Kate Schlingemann.
Programma 
15.30u: Verwelkoming door Diet Groothuis
15.35u: Liedjes van Annie M.G. Schmidt door Sabine van Dijck (9 jaar)
15.40u: Koos Meinderts leest voor uit eigen werk
15.50u: Marita Vermeulen (uitgeefster De Eenhoorn) aan het woord
16.00u: Diet Groothuis vertelt over het ontstaan van het boek en leest enkele gedichten voor
16.15u: Eva Gerlach leest voor uit eigen werk
16.25u: Liedjes van Annie M.G. Schmidt door Sabine van Dijck (9 jaar)
16.30u-17.30u: Receptie en boekenverkoop
17.00u-17.30u: Schrijfworkshop voor kinderen met Kate Schlingemann
Praktische info 
Waar? Nicolaikerk in Utrecht (Nicolaaskerkhof 9)
Wanneer? zaterdag 29 september, vanaf 15.15u

Waar ik ben 
Diet Groothuis, met illustraties van Merel Eyckerman

Een rijk geïllustreerde poëziebundel met nieuwe, eigentijdse gedichten rond herkenbare onderwerpen zoals school, gevoelens, familie, kamperen, vervelen,… De gedichten zijn nu eens grappig, dan weer gevoelig, en erg inleefbaar voor kinderen. Met trefzekere illustraties vol bijzondere details.

Deze mooi vormgegeven bundel mag in geen enkele klas van de basisschool ontbreken.

Dichtbundel * 6+ * 88 blz. * isbn 978-90-5838-793-6 * € 18,95

Uitgeverij De Eenhoorn * Vlasstraat 17 * B-8710 Wielsbeke 
+3256-62 78 25 * F +3256-61 69 81 
sarah.claeys@eenhoorn.be www.eenhoorn.be


Wat hebben een gele ballon, reiger, tuinkabouter,
camperbusje, de Kameleon met Sietse en Hielke,
en de Nooitlek van de Kleine Kapitein gemeen?
Makkelijk.
Ze staan op élke pagina in ‘Nederland’, het fenomenale nieuwste prentenboek van Charlotte Dematons. Prentenboek? Geen gedichten? Nee, maar een boek waarin in optocht het schaap Veronica, Floddertje, Pluk, Jip en Janneke, spin Sebastiaan en Abeltje en Otje voorkomen is dat vergeven.
Dematons, Francaise, die eerder opviel met haar prentenboeken ‘De gele ballon’ en ‘Sinterklaas’,  heeft drie jaar (met eenharig! penseel) getekend aan dit boek. Onze complete canon is erin verwerkt, een stoet aan oude kinderliedjes, veel bekenden uit de Nederlandse jeugdliteratuur (o.a. Nijntje, Ot en Sien, Dik Trom, Flipje, Pipo en Mamaloe, Kruimeltje, Mejuffrouw Muis en Pinkeltje) komen voorbij, een groot deel van onze nationale geschiedenis maar ook Nederland zoals het nu is.
In één oogopslag een moslima met kind op de fiets, een melkboot met koe erin, een struisvogelboerderij, Alkmaarse kaasdragers en een snelle ligfietser: ziedaar een minivoorbeeld van de veellagige platen.
Het boek is één groot kijk- en zoekfeest en je hebt waarschijnlijk weken, zo geen maanden, nodig om alle grappige details en verwijzingen te ontdekken.
Beroemde schilderijen zoals Ezeltje rijden langs het strand van Isaac Israëls, zeeheld Michiel de Ruyter die met zijn schip de Zeven Provinciën de Engelsen verslaat, de Rotterdamse kubus- en potloodwoningen, het huis van Rembrandt van Rijn met hemzelf in de deuropening, onze pretparken tot en met groen uitslaande achtbaanrijders, de Zeeuwse watersnoodramp, oud en nieuw Hollands schaatsplezier en natuurlijk Koningsdag, inclusief Maxima en Willem-Alexander met Hollandse zakloopspelletjes, een kat met een oranje hoed op en alle blijstemmende vrijmarktflauwekul zoals een ‘Ik word slapend rijk’-bordje bij een kind in een bed.

Dit boek maakt iedereen vrolijk, dat kan niet anders.
Dematons tekent Nederland anno 2012 inclusief Nederlanders in alle kleuren en (op bijna elke pagina) vrouwen met hoofddoek. Ze moet ongelooflijk veel plezier hebben gehad tijdens het tekenen.
Al onze vaderlandse hobbies en eigenaardigheden zitten erin, al onze nationale uitspattingen (haringen, oliebollen, stroopwafels) tot aan het eerste kievitsei toe.
Veel bedrijven kunnen dit boek als relatiegeschenk gebruiken, maar Gazelle, Union en de Fietsersbond zouden het aan al hun klanten cadeau moeten doen. Want als één ding helder wordt uit ‘Nederland’ is het hoeveel, hoe graag, op alle mogelijke vehikels en bij elk weertype en elke gelegenheid wij Nederlanders fietsen.
Charlotte Dematons. Nederland. Lemniscaat 2012.

Leeftijd: 3+. Dat is dus iedereen boven de 3

bij ons in de straat
van nummer 1 tot nummer 10
wonen hele rare mensen
kom, dan laat ik ze je zien!

op nummer 1
woont een heel voorname
Dikke Dame
zij is namelijk een Koningin
ze is als Koningin geboren
met twee koninklijke oren
en een vorstelijke onderkin

op nummer 2
woont Arie B., een oude dief
die van dure spullen houdt
en al heeft hij lange vingers
hij heeft ook een hart van goud
Ook Mooie Molly, Alie Kruik, Kleine Jantje Hens aan Dek en Palanka, de Vreemdeling van Ver bevolken deze beeldschone straat vol wonderlijke spullen die geen Hollandse welstandscommissie zou goedkeuren. Geen kinderen? Zeg, wie zegt dat de mensen in deze straat groot en volwassen zijn? 
Koos Meinderts. Uit: Bij ons in de straat. Illustraties Annette Fienieg. Lemniscaat, 2012. Leeftijd 4+.

Tempeest
´Wurre mie e frotje son?´
´Pardon?´

´Wurre mie e frotje son?´
´Ik begrijp nog steeds niet wat u zegt.´

´Wur-re mie e frot-tje son?´
Het was nu voor de vierde keer
dat hij hetzelfde zei.
Hij tufte daar nu zelfs een beetje bij.

´Wur-re mie e fro-tje SON?´
Ik staarde naar zijn lippen
en de woorden uit zijn mond.
Toen haalde ik mijn schouders op,
omdat ik er nog steeds niks van verstond.

Hij begon te wijzen en te roepen.
´BUN NU ORE FUNGE KOEPEN!
WUR-RE MI E FRO-TJE S-O-N?´

Ik dacht: dit gaat niet goed,
ik moet hier weg, dus zeg:
´Zal ik een woordenboek gaan halen
dat kan helpen met vertalen?´

Nou, toen werd hij echt pas boos.
Hij greep me bij m´n nek,
tilde me een meter van de grond
en hield me voor zijn kop,
die bijna op ontploffen stond.

´WUR-RE MI EEEE FROOOTJEEEE SSSOOOON???´

Er piepten woorden uit de diepte
van mijn dichtgeknepen keel:
Helf. Helf. Kurre mi nu oksi peel.
Lumme lof. Helf. Mu nie wotte pat je fegt.
Ajebief lumme lof. I pan nie poren tat je klegt.

Ik dacht:
nu ga ik dood,
hij liet me bijna stikken.

Tot hij plots begon te lachen
en te knikken.

Omdat mijn keel per ongeluk
het goede antwoord had gepiept.

Hij keek me vrolijk aan en vroeg:
´Possi munne piele klennen?´
Ik heb eerst nog netjes ja geknikt
en ben toen zo hard ik kon gaan rennen.
Jaap Robben. Uit: Als iemand ooit mijn botjes vindt. Illustraties Benjamin Leroy. De Geus, 2012. 
De Tempeest kun je dus beter mijden. Paltrok en Kamizool zijn van alle dieren de enige twee met kleren aan. Schuiertje stroopt de straten af naar stukjes autoband, snoepwikkel of krant en Zefiertje ontsnapt, dun van verdriet, uit haar traliehok.
Ze wonen allemaal in ´Als iemand ooit mijn botjes vindt´, de nieuwste dichtbundel van Jaap Robben, monument voor  mooie, oude, vergeten bijna-verdwijnwoorden die best eens een dier zouden kunnen zijn. Dat levert geweldige kolder als hierboven op, vriendelijke maatschappijkritiek in ´Zefiertje´, vrolijke vragen, leuke gedachtenspinsels en veel heerlijke, ritmische flauwekul. Benjamin Leroy wekte de dieren op zijn eigen manier tot leven met penseel en potlood. Resultaat is een bundel met een hoog grinnikgehalte, waar Jaap en Benjamin in hun bijbehorende voorstelling ongetwijfeld op voortborduren.
Leeftijd 8+

Ik ben een onberispelijk kind van onbesproken gedrag.
Ik vind dat niet bijzonder want ik ben het elke dag.
Ik ben het als ik kleur met rood en als ik kleur met groen
en komt de koningin eraan dan geef ik haar een zoen.
Dan geef ik een bos bloemen en dan neemt ze gauw het woord …
‘Jij bent een heel bijzonder kind,
misschien ben jij een wonderkind…’
[…]
Ted van Lieshout. Uit: Wij zijn bijzonder. Misschien zijn wij een wonder. Leopold, 2012.
Ted van Lieshout flikt het weer, een geslaagde bundel afleveren. Compleet verschillend van zijn vorige, Driedelig Paard” (klik hier voor de recensie), want de gedichten in “Wij zijn bijzonder. Misschien zijn wij een wonder” ogen zoals gedichten doorgaans ogen, met kleurige, grafisch aandoende, illustraties en een paar foto’s.
Rode draad is uiteraard anders durven zijn dan anderen, een thema waar van Lieshout telkens opnieuw op uitkomt. Het levert sterke, grappige, soms jolige gedichten op, in een expres ouderwetsige versjesschrijftrant, waar bijna ongemerkt Annie M.G.Schmidt-verwijzingsgrapjes doorheen gevlochten zijn, uitgevoerd in de unieke Ted van Lieshoutstijl.
Mocht anders durven zijn voor sommige kinderen nog een probleem opleveren, Ted van Lieshout leert het ze wel.
Leeftijd 6+

Komt Polle in de dierentuin
dan vraagt hij zich steeds af:
Wie schildert al die vlekken
op het lijf van een giraf?
En waarom zijn die zebrastrepen
nooit eens roze met blauw?
Wie zet al die ogen
in de veren van een pauw?
Prentenboek over Polle die van zijn opa wil weten waarom dieren er uitzien zoals ze er uitzien. De rijmpjes zijn tegendraads en spannend geïllustreerd: de leeuw zit bij de kapper, flamingo’s wervelen rond in een dansstudio en een krokodil krijgt een kunstgebit van  de tandarts.
Uit: En hoe komt toch een olifant aan al die kilo’s grijs? Elle van Lieshout en Erik van Os. Illustraties Alice Hoogstad. Lemniscaat, 2012. Leeftijd 3+

Wij vinden het heel gewoon,
mijn zusje in de politiek
Ze luistert daar in de Tweede Kamer
wel altijd naar muziek

Mijn zusje is pas zes
maar dat doet er nu niet toe
Ze speelt er vaak verstoppertje
en roept dan heel hard boe!

Het is daar best gezellig
’t is dat je het weet
Ze krijgt er altijd sinas
en soms ook chocola

En als er iemand jarig is
dan is het een groot feest
Dan verkleedt iedereen zich
als een heel grappig beest

Wij vinden het heel gewoon
mijn zusje in de politiek
En ze krijgt daar in de Tweede Kamer
eigenlijk niet zoveel kritiek
Loes Coolen, 11 jaar, groep 8. Uit: Samen weten wij alles. De mooiste gedichten van kinderen 2011/2012. Stichting Poëziepaleis 2012.
De 100 beste gedichten van de kinderen die meededen aan de dichtwedstrijd Kinderen en Poëzie van het Poëziepaleis staan in dit boek. Een vakjury onder leiding van dichter en schrijver Kees Spiering koos ze uit 4000 inzendingen. Grappige, stoere, lieve en zielige gedichten over beugels, knuffels, verdrietige vaders en huisdieren.
Zelf meedoen? Kijk op de site van het Poëziepaleis hoe dat moet:  Dichtwedstrijd Kinderen en Poëzie.
Je kunt al insturen. Misschien staat jouw gedicht volgend jaar wel in een echt boek!
Leeftijd 6+

Mijn nieuwe school is veelkleurig, zei mijn moeder.
Dus vandaag bekeek ik eens goed mijn klas.
Diego, naast mij: witte bliksem in zijn zwarte haar.
Ayoub en Zakaria: dezelfde blauwe spijkerbroek met zakken.
Kubilay: blingbling in zijn oren.
Xavero: rood-witte sjaal en shirt van Ajax (en zo’n pet, maar die lag thuis).
Kevin: oranje sproeten en oranje vetkuif.
Rahmetullah: een witte pet met een gele tijger.
Anna: blonde paardenstaart en bruinwitzwarte paardenplaatjes.
Ikram: groene vlindertjes in haar vlechten.
Merve: gek op roze, fiets en kleren, alles roze.
Dina: ogen van chocola.
Saskia van der Wiel. Uit: Er zit een feest in mij. Querido’s Poëziespektakel 5. Samenstelling Ted van Lieshout. 85 dichters, 25 illustratoren. Querido, 2012.
Gedichten voor kinderen saai? Moeilijk? Zeg, let je wel even op? Gedichten voor kinderen zijn grappig, spannend en goed voor hun taalgevoel. Groot/ouders, meesters, juffen, schud je eigen leesideeën even op en maak je klein/kind en jezelf  blij met dit vrolijke, leuke en absoluut niet saaie gedichtenboek voor kinderen. Klik hier voor een grappig verslag over ‘Er zit een feest in mij’.