Papa staat
te proberen
te leren
te kamperen.
Was hij maar naar het circus gegaan.
Daar weten ze hoe een tent moet staan!
Of is hij er misschien toch geweest?
Nu lijkt hij nog het allermeest
op de clown
die ik daar zag.
Hier zit ik
en ik lach,
maar o,
daar klinkt geschreeuw.
Wie is dat – is dat mama?
Ja.
De circusleeuw.
Edward van de Vendel. Uit: Boekie Boekie jrg. 15 nr. 65.

Ik stuur je
een twee drie vier
kusjes op papier
vijf kusjes door de lucht
zes per sms
zeven over de telefoon
acht op msn
negen via de mail
het zijn er veel te veel
want je krijgt er bovendien
op elke wang nog tien.
Dit grappige gedicht is van Rian Visser en staat in het boek ‘Wil jij.. met mij?’ Het boek staat vol plagerige, vrolijke en soms verdrietige gedichten voor pubers en volwassenen over verliefdheid, verlegenheid, verlangen en je allereerste keer. De tekeningen zijn van Annet Schaap, die je vast wel kent van de Hoe overleef ik-boeken van Francien Oomen. Uitgeverij Moon, 2009.
Ga je liever zelf aan de slag? Kijk dan op de digibordles ‘Liefdesgedichten schrijven’, bijna net zo leuk als het boek. Je vindt hem onder deze link: http://www.rianvisser.nl/kinderboeken/digibord/liefdesgedichten-valentijn1.pdf  Met tips, filmpjes en gedichten.

Ik ben al groot,
maar mama is groter.
Dit is een boot
en dat is de boter.
De vis had al beet,
maar de visser nog beter:
Wat ik hier meet
is meer dan een meter.
M’n broertje heeft trek
en de boer heeft een trekker.
De boot was wel lek
maar het water nog lekker.
Vind je dit gek?
Het kan altijd nog gekker.
Hans Kuyper. Uit: Tikken tegen de maan. Samenstelling Joke van Leeuwen. Ons Erfdeel, 2010/Ik kan alle woorden lijmen. Leopold, 2003.

Bedankt Barend, Harm, Isabel, Maartje, Mayla, Margot, Shannon, Vera en alle andere kinderen die gisteren hebben meegedaan aan de poëzieworkshops op het Houtfestival in Haarlem. 
Jullie hebben prachtige dingen geschreven. Als jullie je gedichten of een stukje ervan naar deze pagina willen opsturen: zeker doen!

Dit grappige gedicht stuurde Margot:
Hoi
zeg ik
en ik kijk om mij heen
ik zie niemand
of nee
nee toch
daar in de verte
ik ren er naartoe
daarna zie ik
een spiegel
en ik denk
Hoi
Wil je ook je gedicht op deze site? Reageer hieronder of stuur een mailtje naar stuurnaardiet at gmail.com

Later wonen we samen in een blauw huis halverwege een altijd groene heuvel. De zon schatert en vogels
begonnen pas met zingen als jij wakker bent. Wanneer we willen komt Vrouw Holle, laat alles trillen, gaat

het sneeuwen.

We graven een tunnel naar zee en bouwen ons eigen meer. Duwen een bootje van berkenbast in het water,
als zeil nemen we een veer. Varen naar de overkant waar een groot en gevaarlijk bos begint.

We temmen een tijger, zijn te gast bij de neushoorn die na een paar dagen een vreemd verhaal verzint
waarom we niet langer kunnen blijven. Wij weer zwerven door het bos, maar niets kan ons geluk bederven.

We leven van gras en sinaasappels, iedere boom is een boek om te lezen. We spelen als katjes en slapen
samen als muizen. Wanneer we het zat zijn, vliegen we terug op de rug van een mug naar de rand van het
meer en zeilen weer naar het begin.

Het blauwe huis juicht, de zon klapt in zijn handen en Vrouw Holle komt aangerend: of we nog iets wensen.

Echt, ik zweer je, het is een feit, zo gaat dat dan, altijd.
Katelijn Pompe. Uit: Ik wil een naam van chocola. Querido, 2009.

Dit gedicht is geplaatst met toestemming vooraf van uitgeverij Querido.

Kwam dat zien!
Kwam dat zien!
Het vlooiencircus vlototo,
de kleinste show op aarde!

Kwam dat zien!
Kwam dat zien!
De halsbrekende toeren
van dertien stoere vlooien.

Kwam dat zien!
Kwam dat zien!
Ze sprongen en ze spuwden vuur,
ze dansten en jongleerden!

Kwam dat zien!
Kwam dat zien…

Want tja helaas,
het kan niet meer.

De tent is leeg.

De vlooien weg.

Voorbij de kapriolen.

Er kwam een oude hond voorbij,
die heeft de show gestolen.
Jan Paul Schutten. Uit: Boekie Boekie jrg. 15 nr 65, 2007 & Kwam dat zien, kwam dat zien. Querido, 2008.

Goed nieuws voor fans van kindergedichten: Joke van Leeuwen heeft een prachtige bundel met 50 gedichten van bekende en minder bekende dichters gemaakt, in opdracht van Ons Erfdeel. Een snoepje van een boek, om langzaam of juist snel te verorberen.  
Vuurdoorn
Stel dat jij een zak
met twintig sinaasappels
leeg eet – je pakt ze
met je lippen en slikt
zo’n oranje bal in één
keer door – dan de volgende.

Zo zag ik een merel
op een tak met zijn snavel
in de weer – af en toe
keek hij om zich heen
of het wel mocht.
Remko Ekkers. Uit: Tikken tegen de maan, 50 kindergedichten uit Nederland en Vlaanderen, verzameld door Joke van Leeuwen. met 48 gloednieuwe illustraties. Ons Erfdeel, 2010.
Info en bestellen: http://blog.onserfdeel.be/post/2010/05/19/Ons-Erfdeel-vzw-presenteert-e28098Tikken-tegen-de-maane28099-van-Joke-van-Leeuwen.aspx.

Sommige boeken zijn zo raar dat je er nauwelijks over kunt schrijven.  Ik probeer het toch met prenten-verhalenboek Verhalen uit een verre voorstad van Shaun Tan. Tan (Australië) tekent goed en vreemd en zijn boeken gaan de hele wereld over. Zelf schrijft hij daarover op zijn website: They are best described as ‘picture books for older readers’ rather than young children, as they deal with relatively complex visual styles and themes, including colonial imperialism, social apathy, the nature of memory and depression.

Dat klopt. Toch zullen sommige kinderen de verhalen leuk vinden. Neem Onderstroom waar op een dag een groot zeedier op het grasveld in de voortuin van het huis op nummer zeventien verschijnt. “‘Het is een doejong,’ zei een jongetje. ‘De doejong is een zeldzaam en bedreigd plantenetend zoogdier uit de Indische Oceaan, van de orde Sirenia, familie Dugongidae, geslacht Dugon, soort D. dugon.'”
Of Verre Regen: “Heb je je ooit afgevraagd wat er gebeurt met al die gedichten die mensen schrijven? … bang dat je diepgevoelde uiting oppervlakkig, klunzig, maf, pretentieus, suikerzoet, onorigineel, sentimenteel, nietszeggend, gekunsteld, saai, duister, nutteloos, stom of gewoon beschamend gevonden wordt.”
Bovenstaande tekst ziet er in het boek heel anders uit: voor elk woord een ander lettertype, ogenschijnlijk handgeschreven of getekend op losse snippertjes papier. De gedichtensnippers worden “verbrand, verscheurd, doorgespoeld (tekening wc), andere worden verstopt achter een losse baksteen of regenpijp (tekening regenpijp) of weggeborgen achter in een oude wekker” (tekening ouderwetse wekker)… gedoemd terecht te komen in de enorme onzichtbare afvalrivier die uit de voorsteden stroomt. Nou ja bijna altijd”
En wat zijn Stokwezens? Waarom staat er een kruisraket in ieders achtertuin? Hoe maak je je eigen huisdier? 
Shaun Tan. Uit: Verhalen uit een verre voorstad. Vertaling Eva Gerlach. Querido, 2009

Joepie! Ik wil een naam van chocola heeft vanmorgen een Vlag en Wimpel gewonnen. Haat die kat van Sharon Creech ook, en Tijger op straat ook. En Fluit zoals je bent en Hou van mij van Ted van Lieshout kregen een Zilveren Griffel. Op Ted van Lieshout na allemaal op dit weblog besproken, omdat Ted liever niet wil dat zijn gedichten helemaal worden overgenomen. ALLEMAAL GEFELICITEERD!

(reactie Ted verwerkt in dit blogbericht)

Ik ben de mummie Toet
in windselen gewonden.
Wij mummies liggen goed,
In Leiden of in Londen.

Blijf hier maar even staan.
Vierduizend jaar geleden
keek ik al naar de maan
en heb de zon aanbeden.

Hees ik het witte zeil
dan zag ik krokodillen
en palmen langs de Nijl.
Apen met rooie billen.

Papyrus dat een bies is,
het ruiste er in bossen.
Ik zong een lied voor Isis,
zag op het land mijn ossen.

Die trokken traag maar staag
het ploeghout door de voren.
Het scheprad, als vandaag,
bevloeide ’t kiemend koren.

Mijn vrouw ging naar de bron.
Mijn kinderen hielpen wieden.
Ver aan de horizon
zag je de piramiden.

Je kunt gelukkig  zijn
ook zonder een kompjoeter.
Het water was als wijn,
de vruchten smaakten zoeter.

Ik die een mummie ben,
uiterlijk onbewogen,
heb nog mijn eigen stem
en nog mijn eigen ogen.

En wat ik heb aanschouwd
in heel mijn heerlijk leven
staat in mijn hart van goud
voor eeuwig opgeschreven.

Mijn graf in de woestijn
ligt in het zand verwaaid.
Mijn aardse schatten zijn
door rovers weggegraaid.

Maar wie mijn woorden leest
en tot zich door laat dringen
vindt rijkdom in de geest
van mijn herinneringen.
F.L.Bastet. Uit: Als je goed om je heen kijkt, zie je dat alles gekleurd is, samengesteld door Tine van Buul en Bianca Stigter. Querido, 2006.